Latijnse naam | Lycopersicon esculentum var. cerasiforme |
Plantennaam | Kerstomaat |
Familie | Nachtschadigen - Soloanaceae |
Soort gewas | Vaste planten , Eenjarige planten |
Groeihoogte max. | 50 - 70 cm |
Bloeikleur | Wit |
Bloeimaand | Mei, Juni, Juli, Augustus |
Bladkleur | Groen |
Wintergroen | Bladverliezend |
Winterhardheid | Niet winterhard |
Standplaats | Zon, Halfschaduw |
Habitat | Normale bodem |
Speciale kenmerken | Groenten |
Tomaten zijn afkomstig uit de Andes, en worden daar al geteeld sinds het begin van onze jaartelling. De kennis van de tomatenteelt verspreidde zich tot in Meso-Amerika, en het was daar dat de Spaanse veroveraars voor het eerst in aanraking kwamen met de plant. Toen waren ze niet veel groter dan geel gekleurde besjes. Tegenwoordig onderscheiden we de vleestomaat, kerstomaat (cherrytomaat), pruimtomaat, trostomaat en gele ronde tomaat.
De tomaat is een meerjarige, kruipende plant, die als eenjarige wordt gekweekt. Het blad en de stengel zijn giftig, net zoals bij aardappel-, aubergine- en paprikaplanten. De bloemen vormen lange trossen die bij kerstomaten lange tijd kunnen doorbloeien. De groene bessen die door de plant worden gevormd zijn licht giftig. De bladeren zijn bezet met haartjes, waarop kliertjes staan die bij aanraking de typische tomatengeur verspreiden.
De tomaat wordt als groente gegeten, dit kan zowel rauw als gekookt. Er kunnen salades, tussendoortjes, snacks of borrelhapjes mee worden gemaakt. Tomaten zijn ook geschikt voor soepen, sauzen en warme bereidingen.