Calathea roseopicta 'Dottie' - Calathea

Foto: Kristof

Latijnse naam	Calathea roseopicta 'Dottie'
Plantennaam	Calathea
Familie	Marantaceae

Soort gewas	Kamerplanten , Vaste planten
Groeihoogte max.	20 - 30 cm
Bloeikleur	Wit
Bladkleur	Bont / gestreept, Zwart
Wintergroen	Bladhoudend
Winterhardheid	Niet winterhard
Standplaats	Halfschaduw
Habitat	Vochtige bodem
PH bodem	Zuurminnend
Speciale kenmerken	Opvallende bladeren

Voeg toe aan mijn tuin

Voeg toe aan mijn zoeklijst

Voeg foto van deze plant toe

Info

Calathea roseopicta 'Dottie' groeit van nature in het dichtbegroeide tropische regenwoud van Zuid-Amerika. Wordt hier wel als kamerplant gehouden.
Het is een fascinerende plant met zeer donkere bladeren, bijna zwart met een felroze markering.
Tegen de avond sluiten de bladeren zich, dit geeft een ruisend geluid. 's Morgens gaan de bladeren weer open.

Calathea is geen gemakkelijke kamerplant. Ze verlangt een vrij koele (18 tot 23 gr.) en half beschaduwde plek. Dat maakt de plant goed geschikt voor donkere kamers en duistere hoeken. Staat ze te warm, dan gaan de bladeren krullen.
De plant heeft behoefte aan hoge luchtvochtigheid, het beste is een omgekeerde schotel in een schaal met water zetten. Of de pot in een ruimere 'overpot' plaatsen met een bodempje water, al dan niet opgevuld met veenmos. De plant mag niet met de voeten in het water staan, dat leidt tot wortelrot. Misleidend is de uitgedroogde bovenlaag, terwijl de kluit nog voldoende vochtig is.

Water
Kluit vochtig houden door `s zomers matig gieten met lauw water. In de winter amper water geven. In de groei broezen met kalkarm (gekookt) water. Hoge luchtvochtigheid (> 60 %).

Temperatuur
Niet winterhard. Matig warm houden, bij voorkeur tussen 18 en 25 C.

Licht
Verlangt een lichte plaats buiten direct zonlicht. De bonte tekening vervaagt bij te weinig licht.

Bodem
Potgrond die voor Anthurium en orchideeën wordt verkocht. Luchtige, zure (pH 5 – 5,5) potgrond, zoals naaldbosgrond of potgrond met grove turfmolm. Maandelijks normale of tweewekelijks een lichte bemesting. Jaarlijks in de lente verpotten.

Vermeerderen
Door scheuren. Iedere scheut moet minstens drie bladeren hebben.