Latijnse naam | Anthurium |
Plantennaam | Flamingoplant |
Familie | Araceae |
Soort gewas | Kamerplanten , Vaste planten |
Wintergroen | Bladhoudend |
Winterhardheid | Niet winterhard |
Standplaats | Halfschaduw |
Habitat | Vochtige bodem |
PH bodem | Zuurminnend |
Flamingoplant (Anthurium) en Lakanthurium stammen uit de familie van de aronskelkachtigen (Araceae). Drie daarvan zijn als kamerplant in cultuur.
Bij Lakanthurium (Anthurium andreanum) en Flamingoplant (Anthurium scherzerianum) bestaat de bloeiwijze, een kolf, uit een verdikte as met talrijke, kleine, dicht opeen staande bloemen met aan de voet een groot en fraai ogend schutblad, de bloeischede. Die schede staat op een lange steel en lijkt uit was gemaakt - dé grote aantrekkingskracht van beide planten.
De talloze hybriden zijn goed bestand tegen droge kamerlucht en garanderen een rijke en langdurige bloei. Volrode exemplaren worden het vaakst aangeboden, minder talrijk zijn roze, oranje, witte of meerkleurige, gevlekte cultivars.
De Flamingoplant staat als kamerplant bekend. De Lakanthurium wordt gebruikt als snijbloem én als kamerplant. De hartvormige bladeren voelen stevig aan en zijn bedekt met een stralende glans.
Anthurium crystallinum heeft een onopvallende groene bladschede. Het blad, wit- en roze- geaderd, valt wel op. De plant gedijt alleen in een warme kas met vochtige lucht.
Alle Anthurium-soorten verlangen een warme, vochtige omgeving. Het beste is een plek aan een oostelijk of noordelijk raam. Zoniet krullen de bladeren op en kleuren ze stilaan bruin. Hier helpt de 'eilandmethode', een ruime 'overpot' vullen met een bodempje water en daarin de plant op een klein verhoog zetten. De tussenruimte kan met veenmos (Sphagnum) opgevuld worden. Zowel voor gieten als benevelen onthard water (vrij van kalk en chloor) gebruiken, anders krijgen de bladeren vlekken.
Ook de mest moet vrij zijn van kalk, een halve dosis volstaat.
Enkele praktische tips voor het gebruik:
Planttype
Bloem- (A. scherzerianum en A. andreanum) en bladplanten (A. crystallinum). De laatste draagt grote, ovaalronde bladeren. Bij de andere is het hartvormig blad kleiner, 25 – 40 cm lang. A. scherzerianum-hybriden zijn het best aangepast aan de kamercultuur.
Water
Wortelkluit steeds goed vochtig houden. Gieten met lauw, kalkvrij (pH 4 – 4,5) (regen)water. Indirect broezen. `s Winters een zestal weken droger en koeler houden om knopvorming te stimuleren. Hoge luchtvochtigheid (min. 60 %) aanhouden, vooral van maart tot augustus.
Temperatuur
Niet winterhard. Warm houden in de zomer, iets koeler in de winter, nooit onder 18 C.
Licht
Lichte plek, zonder direct zonlicht.
Bodem
Speciale Anthurium-potgrond, bestaande uit turfmolm, naaldbosgrond en perliet. Anders luchtige potgrond, vermengd met grove, brokkelige turf, veenmos en wat goed verteerde koemest. Zeer gevoelig voor zouten. In de groei tweewekelijks lichte mestgift. Jaarlijks tot tweejaarlijks verpotten.
Vermeerderen
Delen van oudere planten of stamstekken bij een bodemtemperatuur van 25 – 35 C. Kan ook uit zaad, maar veel trager.
http://www.tuinadvies.be/artikels/kamerplant_flamingoplant.htm