Hang nu al een nestkast op in jouw tuin

Je ziet het en je hoort het al in de tuin. Ondanks de bittere koude van de afgelopen dagen, denken vele vogels toch al aan broeden. Tortelduiven beginnen te baltsen, mezen gaan op zoek naar een geschikte nestlocatie en merels zingen ’s avonds hun mooiste lied. Wil je graag dat er in het voorjaar vogels in jouw tuin komen wonen, dan hang je nu best al een nestkast op want vogels moeten een tijdje wennen aan een nieuwe woonplaats.

Heel wat vogels maken hun nest het liefst in het struikgewas maar bepaalde soorten maken hun nest bij voorkeur in holen. We noemen ze dan ook holenbroeders. Vogelsoorten zoals winterkoning, mezen, boomkruiper, bonte vliegenvanger, specht en bosuil kunnen gebruik maken van een nestkast. In de natuur zullen deze soorten vaak in oude spechtengaten of in rotte, holle bomen broeden maar in tuinen worden bomen meestal niet zo oud en gaan vogels dus op zoek naar alternatieven om in te wonen.

Waarop letten bij het ophangen van een nestkast?

Broedende vogels zijn heel gevoelig aan verstoring en voelen zich veiliger op een rustige plek. Bij het ophangen is het belangrijk dat de aanvliegroute naar de nestkast vrij is zodat ze vlot op en af kunnen vliegen. Beplanting in de buurt van de nestkast helpt jonge vogels bij het uitvliegen op voorwaarde dat de takken en bladeren niet voor de opening hangen.

Van links naar rechts: hoge mussenflat Nestbuidel TIPI Nestkast specht Nestkast koolmees

Ook de oriëntatie is van belang. Vogelhuisjes kan je best niet ophangen met de opening naar het westen, gezien uit die windrichting de meeste regen en wind komt. Zo kan de binnenkant van de nestkast nat worden en kan het te koud zijn om de jongen succesvol groot te brengen. Hang de nestkast met de invliegopening naar het noordoosten tot zuidoosten maar niet in de volle zon want dan wordt het te warm! Hang nestkasten ook buiten het bereik van katten en andere roofdieren. Hang ze op een hoogte van 1.5 à 2 meter van de grond.

Nestkasten die niet op de juiste plek hangen zullen niet gebruikt worden.

Onderhoud nestkast

Nestkasten kan je het ganse jaar door in de tuin laten hangen. Bepaalde soorten zoals mezen, gebruiken de nestkast ook graag als slaap- of schuilplaats tijdens de winter. Het schoon maken doe je best in het najaar nadat de jonge vogels het nest hebben verlaten. Werd het vogelhuisje ook tijdens de winter gebruikt dan kan je het best nu ook nog even een schoonmaakbeurt geven.
Verwijder oud nestmateriaal en uitwerpselen met een harde borstel want deze kunnen ziektekiemen bevatten. Gebruik heet water om het overige vuil te verwijderen maar maak nooit gebruik van chemische schoonmaakmiddelen.

Kies de juiste nestkast

In de meeste nestkasten kunnen diverse soorten vogels wonen maar er zijn toch een aantal verschillen. De meeste holenbroeders hebben een invliegopening nodig van 32 mm. Pimpelmezen hebben al genoeg aan een invliegopening van ongeveer 27 mm. Kijk naar de soorten vogels die in jouw tuin vertoeven en maak dan jouw keuze.

Roodborstjes verkiezen een half open nestkast. Omdat dit type kast minder bescherming biedt, kan je deze best wel goed beschut ophangen, bijvoorbeeld in een haag van klimop.

Heb je het eerste jaar geen succes, laat de nestkast dan gewoon hangen. Misschien heb je volgend jaar meer geluk!