Week van het plukfruit: een nieuw perenseizoen
Liefhebbers van peren kunnen weer volop genieten van de start van het nieuwe perenseizoen. Verkrijgbaar in alle vormen en smaken, zijn ze heerlijk zowel gekookt, gestoofd als vers geplukt. En voor een sappige, malse peer hoef je zelfs zo ver niet te gaan want de Belgische peer staat tot ver buiten de grens bekend om zijn lekkere smaak en top kwaliteit. Vooral de streek rond Sint-Truiden, het zuiden van Limburg, is gekend om zijn prachtig bloeiende fruitboomgaarden die in het voorjaar een fiets- of wandeltocht zeker waard zijn. Ook in de tuin kan je jouw eigen kleine boomgaard aanplanten.
We onderscheiden twee soorten peren: de handpeer en de stoofpeer. Onder deze eerste soort valt de conférence, één van de bekendste en meest gegeten peer bij ons. Je bewaart ze na het plukken in een fruitmand en eet ze zonder enige bereiding van zodra ze zacht zijn. Stoofperen daarentegen blijven hard en zijn rauw niet lekker. Pas vanaf wanneer ze gekookt of gestoofd zijn, kan je de stoofperen eten bij warme gerechten of verwerken in desserts. Saint Rémy (een grote, groene peer met een stevige textuur) en Gieser Wildeman (een groen-bruinrode peer met een korrelstructuur) zijn twee van de meest gekende stoofpeerrassen. We geven je graag wat tips mee bij het bewaren en eten van de peer.
Plukken
Wanneer je zelf peren kweekt zal je merken dat ze doorgaans plukklaar zijn vanaf september. Het kan gebeuren dat ze al vanaf augustus rijp zijn. Afhankelijk van hoe de lente en zomer was, kan de smaak en kwaliteit van de peren sterk variëren. Controleer voor je ze eet of het vruchtvlees eetklaar is door langs de steelkant lichtjes te duwen. Geeft het vlees mee, is de peer rijp.
Geen perenboom in de tuin? De meeste soorten vind je gewoonlijk ook van september tot maart in de winkel. Vooral rond kerst zijn de supermarkten voorzien van bijna alle soorten stoofperen.
Bewaren
Handperen bewaar je best op een koele plaats tot ze rijp zijn, zoals de berging of garage. Daar blijven ze snel een week goed. In de koelkast kan je de peren nog langer houden: de handperen blijven dan tot drie weken ver goed. Handig wanneer de oogst net iets te groot is om op één week te eten. Stoofperen kan je op dezelfde manier bewaren of bereid invriezen.
Bereiden
Een handpeer eet je uit het vuistje met of zonder de schil, zoals een appel. Het best met de schil want daar zitten alle vitamientjes en vezels in. Spoel de peer grondig af onder stromend water en ze is klaar om te eten. Lekker in fruitsla of salades.
Stoofperen maak je in drie stappen klaar: schillen, koken en het ontstane kookvocht indampen. Naast het stoven kan je ze ook pocheren, grillen of verwerken in crumble of jam. Door de bereiding kleuren sommige soorten roos of rood. Schil de peren altijd volledig en laat het steeltje zitten voor extra smaak. Enkel heel kleine of smalle peertjes kan je met de schil stoven. Verwijder dan na het garen voorzichtig de schil. Reken op een kooktijd van 45 minuten vooraleer ze goed gaar zijn. Kook het kookvocht verder in tot de saus de dikte heeft van een jus. Door de peren in dit vocht te houden, krijgen ze nog meer smaak. Eens bereid zijn stoofperen zowel koud als warm te eten.
Sommige handperen zoals Bloedpeer en Comtesse de Paris zijn ook geschikt om te stoven. Zorg ervoor dat het vlees nog hard is wanneer je ze gaat bereiden. Houd bij handperen de kooktijd goed in de gaten, want deze soorten zijn na minder dan 15 miniten al zacht en gaar.